De koran en wetenschap

Wat onthulde Allah over kosmologie, biologie en geschiedenis?

Wijsheid achteraf

Sinds de komst van moderne wetenschap is er een toeloop van velen binnen religieuze gemeenschappen om hun geloof volgens de wetenschappelijke ontdekkingen te evalueren om te zien of er eerder niet ontdekt bewijs is dat aantoont dat hun overtuigingen waar zijn. Christenen en moslims zijn in dit opzicht in het bijzonder ijverig, zij hebben vele boeken gepubliceerd, waarom bepaalde ontwikkelingen in de wetenschap hun geschriften bevestigen of eeuwen eerder onthuld werden door de stichters van hun geloof.

Als gevolg van dit proces zijn er vele ontdekkingen gedaan die het geloof van velen hebben aangescherpt en die geleid hebben tot veranderingen in historische doctrines. De meest beruchte van deze zijn de theorieën over de platte aarde en het centrum van het zonnestelsel. In recente eeuwen gebruikten katholieke leraren een beperkt aantal passage uit de bijbel om te beweren dat de aarde plat was en dat het de aarde het centrum van het zonnestelsel was. Met de uitvinding van de telescoop begonnen mensen zich te realiseren dat deze interpretaties van bijbelteksten incorrect waren. Of nog scherper, de teksten die gebruikt werd om een zaak over de natuurlijke order “te bewijzen,” gingen in werkelijkheid helemaal niet over de natuurlijke order. In het bijzonder, toen religieuze geleerden naar hun geschriften op een meer rechtdoorzee manier keken, in plaats van in de tekst te lezen wat zij wilden zien. Bovendien zei de bijbel nooit dat de aarde plat was of dat de aarde het centrum van het zonnestelsel was; zelfs nietchristelijke geleerden erkennen dit feit.

Sommige hedendaagse verdedigers van de koran hebben een soortgelijke “bewezen- door-de-wetenschap” benadering aangenomen, zeggend dat de koran wetenschappelijke en natuurlijke wonderen onthult die Mohammed niet kon weten. Dit sluit onderwerpen van biologie tot kosmologie en de gebieden ertussen in. Hoewel deze interpretaties populair zijn, maakt noch de bijbel noch de koran talrijke aanspraken op wetenschappelijke bewijzen. De aanspraken van bijbel en koran richten zich op de identiteit van God en zijn relatie met de mens. Beide boeken gebruiken verhalen die geconstrueerd kunnen worden als zijnde “wetenschappelijk”.

De koran gaat een stap verder dan de bijbel, door werkelijk de details van kosmologie en biologie te bespreken, bewerend details en niet slechts algemene kennis te onthullen. De bijbel, aan de andere kant, gaat niet in dergelijk detail. De bijbel focust zich op de historische gebeurtenissen rondom zijn hoofdrolspelers die je kunt proberen te verifieren of te weerleggen door middel van additionele bewijzen naast zijn eigen beweringen.

Waar gaan de zon en maan naar toe?

In het boek De bijbel, de koran en wetenschap duikt de auteur Maurice Bucaille in een aantal wetenschappelijke beweringen die hij verdedigt als zijnde onthuld in de koran en bevestigd door de moderne wetenschap. Bucaille maakt verscheidene blunders in zijn evaluatie van de wonderen van de koran, maar waarschijnlijk de grootste is zijn onjuiste toepassing van de tekst van koran. Bucaille gebruikt wat duidelijke poëtische passages of algemene uitspraken over natuur zijn, en construeert een grotere betekenis. Eén dergelijk voorbeeld is zijn bewering afkomstig uit deze passage:

En de zon loopt tot haar verblijfplaats. (Soera 36:38, Leemhuis.)

Bucaille beweert dat moderne wetenschap bepaald heeft dat deze rustplaats is in de constellatie van Hercules (Alpha Lyrae). Zijn bewering is dat als de zon aan het einde van zijn nuttige leven komt en sterft, zich zal opladen op deze locatie. Is dat waar? Niet volgens iedere kosmoloog met wie deze auteur praatte.

Dit poneert een significant probleem voor de koran. Stel: Als dit niet een wetenschappelijke openbaring is, maar eenvoudig een algemene uitspraak, wat betekent het dan? In zijn context bespreekt soera 36: 37-40 de verandering van dag en nacht. Het merkt op dat de zon in haar vaste baan loopt en daarna de maan. Maar zelfs die observering is in twee opzichten onjuist. Als dit letterlijk genomen wordt, dan is de fout met de koran dat het zegt dat de zon naar een rustplaats gaat. Zou dat de werkelijke betekenis kunnen zijn? Kijk eens wat de passage zegt over de maan:

En voor de maan hebben Wij herenhuizen aangesteld totdat zij terugkeert als een oude verschrompelde dadelstengel. (Soera 36:39, directe vertaling uit Engelse tekst van Pickthall)

Zeker is dit poëtische taal over de stadia van de maan, van volle naar nieuwe; maar herenhuizen? Yusuf Ali’s vertaling merkt op dat de maan die herenhuizen moet doorkruizen voordat het terugkeert om te worden gezien. Dit soort taalgebruik in beide passages lijkt aan te geven dat de observant naar zon- en maansondergang keek als een soort van het nemen van een rust ergens.

Zijn dit eenvoudige poëtische passages, of concludeert de koran iets meer? De koran beantwoordt deze vraag wanneer we in soera 36:33-46 lezen dat deze dingen tekenen zijn die je kunt waarnemen om te zien of Allah de waarheid vertelt. Nu, echter, kunnen we meer waarnemen dan Mohammed zich ooit zou kunnen voorstellen, en we weten dat de zon geen rustplaats heeft, noch hebben manen herenhuizen.

Een andere passage van kosmologisch belang is soera 36:40. Ook aangehaald in bijbel, de koran en wetenschap:

Het past de zon niet de maan te bereiken en de nacht niet dat hij de dag inhaalt. Alle zweven zij in een hemelbaan. (Soera 36:40, Leemhuis)

De bovengenoemde soera wordt vaak geciteerd als een demonstratie dat God de auteur moet zijn van de koran omdat mensen in Mohammeds dagen geen idee hadden over hemelbanen en de ware natuur van de hemelen. Wat duidelijk kan worden waargenomen, echter, is dat van ieder praktisch gezichtspunt, soera 36:40 foutief is.

De poëtische kijk

Gezegd kan worden dat Mohammed sprak van een puur poëtisch standpunt, niet van plan om een letterlijke afkondiging van de relatie van de aarde, maan en zon te geven. Echter, de context van de passage is niet poëtisch. Vergetend voor een moment dat moderne islam deze soera letterlijk interpreteert, merkt vers 37 op dat deze dingen “tekenen voor hen” zijn. De taal in deze passage is recht door zee. De vraag is, is het correct?

De kijk vanaf de aarde

Soera 36:40 kan alleen begrepen worden vanuit het perspectief van een mens die op de aarde staat en naar de hemel kijkt. Wat zie je? “Het past de zon niet de maan te bereiken…” Met andere woorden, Mohammed, samen met alle anderen, nam de reguliere bewegingen waar van de zon en de maan door het uitspansel. De enige manier waarop dit vers accuraat kan zijn is als Mohammed praat over een zonsverduistering. De maan doorsnijdt zijn gezichtslijn en bedekt de zon en gaat, van zijn perspectief, “over” de zon “heen”. De maan “haalt”, van een visueel perspectief, de zon “in”.

Natuurlijk, moderne islam interpreteert soera 36:40 niet als een zonsverduistering. Eenvoudig gezegd, als Mohammed verwijst naar een zonsverduistering dan was niets opmerkelijks onthuld. Niettemin weten we dat Mohammed getuige was van een zonsverduisternis, tijdens de dood van zijn zoon, zoals beschreven in de hadieth.

Naast het interpreteren van dit als een zonsverduisternis, wat zijn “miraculeuze” natuur verwijdert, komt dit vers in twijfel. Van het visueel perspectief van iemand die op aarde staat, reist de zon vaker in het uitspansel dan de maan. Iedere dag komt de zon op en gaat neer. Vanwege zijn rotatie rond de aarde verschijnt de maan op sommige dagen en niet op andere (tijdens nieuwe maan).

Alle zweven zij in een hemelbaan.” Kon louter een man zonder Gods hulp dit weten? Zeker. De Grieken wisten het lang voor Mohammed. De Egyptenaren wisten het toen ze de piramiden bouwden. Dus, er was geen nieuwe onthulling in soera 36:40.

De kijk vanuit de ruimte

Van een vergelijkende kijk in de ruimte kunnen de hemelbanen van de zon en de maan niet worden vergeleken alsof ze elkaar “voorbijstreven”. Zij draaien niet in een baan op hetzelfde niveau. Ten tweede draaien zij niet om elkaar in een baan, de maan draait in een baan om de zon door middel van zijn baan om de aarde. De zon kan de maan niet bereiken omdat de maan al onderworpen is aan de zon!

Vergeet voor een moment dat hemelbanen niet vergelijkbaar zijn. Bekijk het vers in termen van pure snelheid. “Het past de zon niet de maan te bereiken” Werkelijk? De zon draait in het galactische centrum sneller dan 830.000 km per uur. De maan draait om de aarde op ongeveer 3.700 km per uur. Welke is sneller? Zelfs in dit opzicht draait de maan in het galactische centrum zijnde, ten dele, gedragen door de zwaartekrachtinvloed van de zon. De zon kan de maan niet bereiken? In tegenstelling wordt de maan “gevangen” in de zwaartekrachtinvloed van de zon en erdoor gedragen.

Als je dit van het perspectief van rotaties bekijkt in plaats van hemelbanen, faalt de koran opnieuw. De aarde geeft de indruk dat de zon draait omdat het om zijn eigen as draait. Dit gebeurt eens iedere 24-uursperiode. De maan cirkelt om de aarde eens iedere 29,5 dagen; dus de zon “bereikt” altijd de maan. Merk op dat de rotatie van de maan duizenden jaren geleden werd ontdekt aangezien zelfs de Arabieren voor Mohammeds tijd een maankalender gebruikten gebaseerd op het perspectief van rotatie, in plaats van op een hemelbaan.

De kijk van regio’s op de aarde

“... en de nacht niet dat hij de dag inhaalt”

Opnieuw hebben we een fout gemaakt van het perspectief van iemand die op de aarde staat. Op verschillende tijden van het jaar is de nacht langer dan de dag. Hoe dichter je bij de poolcirkels komt, hoe langer de nachten of dagen worden. De nacht kan soms maanden langer duren dan de dag!

Soera 36:40 staat, van ieder perspectief, tegenover tot wat al bekend is over de hemelbanen van de zon, maan en aarde. Zelfs in Mohammeds dagen was de “nacht de dag voorbijstrevend” gemakkelijk waarneembaar als foutief vanaf iedere positie op de aarde (met de mogelijke uitzondering van de evenaar, waar Mohammed 20 graden ten noorden van woonde). Is soera 36:40 Gods woord? Indien ja, dan moeten we de vraag beantwoorden, waarom God de feiten van zijn eigen schepping zou tegenspreken?

Biologie en de oorsprong van de mens

5 De mens moet maar eens kijken waaruit hij geschapen is. 6. Geschapen is hij uit gutsend vocht, 7. dat tussen de lendenen en de ribben te voorschijn komt. (Soera 86:5-7, Leemhuis)

Allereerst moet worden opgemerkt dat de bovengenoemde passage niet poëtisch is. De auteur van de bovengenoemde passage vertelt ons dat sperma (gutsend vocht) komt uit het gebied van het lichaam “tussen de ruggengraat en de ribben,” waar het hart en longen zich bevinden. In werkelijkheid wordt sperma geproduceerd en opgeslagen in het scrotum; meer technisch, in een systeem van buizen in de testikels die zich bevinden in het scrotum. Het scrotum bevindt zich niet tussen de ruggengraat en de ribben. (Als de uwe dat wel is, neem contact met ons op en we zullen u doorverwijzen naar een specialist.) Kan de koran het Woord van God zijn en foutief zijn over voortplanting, die God schiep?

Meer fouten ten aanzien van menselijke voortplanting

23:14 Daarna schiepen Wij de druppel tot een bloedklonter, dan schiepen Wij de bloedklonter tot een vleesklomp tot gebeente en dan bedekten Wij het gebeente met vlees. Daarna lieten Wij het als een nieuwe schepping ontstaan. (Soera 23:14, Leemhuis)

Er zijn vier soorten van fouten in deze kleine passage. Echter, het is geen tekortkoming van Mohammed, hij had niet de technologie beschikbaar om de waarheid over embryologie via waarneming te ontdekken.

1e fout: Daarna schiepen Wij de druppel [sperma] tot een bloedklonter

Sperma muteert niet in bloedcellen. De cellen die bloed vormen, en in mindere mate stollingsfactor, beginnen de vorming niet tot de vierde week van zwangerschap. Na het samengaan van het sperma en het eicel in een morula, is er nog geen bloed of stollingsfactor in vorming. Echter, vele andere celtypes zijn gevormd voor de vorming van bloed en stollingsfactor.

2e fout: dan schiepen Wij de bloedklonter tot een vleesklomp

Dit wordt genoemd als een additionele fout omdat de koran het idee presenteert dat menselijk leven gegroeid is uit een bloedklonter tot een latere verzameling van andere cellen (vleesklomp). Zoals hierboven genoemd, is dat niet het geval.

3e fout: tot gebeente...

De volgorde gepresenteerd in de koran is bevruchting, bloed (of cellen) vorming, beenderen, dan vlees. Dit is niet waar. Cellen voor organen en vlees beginnen zich te vormen vóór het beenweefsel. Later, als het kind groeit, beginnen botstructuren zich te ontwikkelen samen met organen en vlees.

4e fout: en dan bedekten Wij het gebeente met vlees.

Zoals hierboven genoemd, celscheiding dat botweefsel vormt, vindt plaats nadat vlees en organen zich beginnen te ontwikkelen. Het beeld geschetst in de koran is erg anders. Iedere moderne observering van foetusvorming laat beslissend zien dat de volgorde van de koran erg foutief is.

Ieder van deze, en andere volop beschikbare feiten ten aanzien van menselijke voortplanting kunnen worden nageslagen in een encyclopedie, of medische database op het Internet, en vergeleken met de koran. Kan de koran het Woord van God zijn en fout zijn over menselijke voortplanting, dat God schiep?

De koran beweert te zijn geautoriseerd door God, openbarend niets dan waarheid en geen fouten bevattend. Als de koran dit soort fouten bevat zoals we hierboven zien, hoe weet je dan dat het een betrouwbaar verslag is van wat God over u denkt; en wat Hij met uw leven wil?